Aangekomen in Phandalin leverde de groep hun kar met goederen af bij Barten’s provisions en kregen de afgesproken vergoeding. Ze verkende het dorpje. De groep had nog geen 15 voet ver of ze zagen al een hele groep mensen rond één vrouw staan. De mensen gooiden met alle voorwerpen die ze konden vinden en alle vieze woorden die ze konden bedenken naar de vrouw. Er was echter één woord dat er bovenuit stak: “Heks!”. Gelukkig hadden we een magiër bij die de groep mensen ervan kon overtuigen dat de vrouw, Quelline Alderleaf, geen heks was. De mensen strompelden een beetje getreurd weg.